
Opnieuw daalt de kennis inzake wiskunde in het Vlaamse basisonderwijs. Na zo een peiling vallen opiniemakers over mekaar heen in kranten als De Standaard en De Morgen.
Je moet ze allemaal diepgaand lezen om vast te stellen dat, ergens verloren tussen allerlei pedagogische beschouwingen, werd vermeld : leerlingen die thuis alleen Nederlands spreken doen het dan weer beter.
Het niet spreken van het Nederlands als thuistaal is volgens mij de belangrijkste bottleneck als gevolg waarvan de achteruitgang, van de kwaliteit van ons onderwijs te verklaren valt.
Kansarmoede meten
Om kansarmoede in het onderwijs te meten gebruikt men de OKI of kansarmoedeindicator. De Onderwijs kansarmoede–indicator (OKI) is een cijfer tussen 0 en 4 dat aangeeft in welke mate leerlingen aantikken voor vier leerlingenkenmerken. In het kader van het gelijke onderwijs kansenbeleid, worden dan gegevens, over de thuissituatie van kinderen en jongeren verzameld. Deze zijn dan : thuistaal niet-Nederlands, laag opleidingsniveau van de moeder, ontvangen van een schooltoelage of wonen in een buurt met hoge mate van schoolse vertraging.
De som van deze gegevens, voor alle leerlingen, en vervolgens gedeeld door het totaal aantal leerlingen is de OKI. Een cijfer tussen 0 en 4. Hoe lager het cijfer, hoe minder onderwijskansarmoede.
Turnhout en omliggende
Ik zet de gegevens van het aantal lln waar Nederlands niet de thuistaal is, samen met de OKI, voor u samen voor zowel het basis- als het secundair onderwijs.
De cijfers zijn als volgt te lezen : 1e cijfer is % lln met andere thuistaal in basisonderwijs, gevolgd door het OKI ( ) daarna dezelfde gegevens voor het secundair onderwijs.
Turnhout = 29,8% (1,49) 27,3% (1,61)
Hoogstraten = 16,7% (0,63) 10,6% (0,6)
Mol = 15% (0,89) 13,6 (1)
Herentals = 13,6% (0,93) 12,3% (1,O6)
Geel = 11,7% (0,65) 10,6% (0,74)
Oud-Turnhout = 8,3% (0,49) 7,5% (0,56)
Kasterlee = 7,9% (0,5) 6,9% (0,53)
Beerse = 6,5% (0,63) 6,4% (0,64)
Vosselaar = 5,3% (0,4) 6,7% (0,49)
Lille = 4,8% (0,49) 3,1 (0,47)
Goed om weten is dat in 2010, 13,7% lln in het basisonderwijs in Turnhout, thuis géén Nederlands sprak, terwijl het OKI 1,13 was. In het secundair waren de cijfers als volgt 9,7% en een OKI van 1,15.
Sinds dat jaar, 2010, is de instroom van inwoners van vreemde herkomst in onze stad in een stroomversnelling gekomen.
Ik durf dan ook besluiten dat een te snel gegroeide diversiteit een belangrijke oorzaak is van de achteruitgang van de onderwijskwaliteit
Update 7/6/2022
Waarover men NIET spreekt
Sinds 2010 komen er -1.000- leerlingen minder, van buiten Turnhout- naar Turnhoutse secundaire scholen. Het waren er 5550 in 2010 en het zijn er nog maar 4.552 in 2021. (bijna 20%) Na Antwerpen is dit het hoogste aantal/% van de centrumsteden. Ook in het arrondissement Turnhout is dit het hoogste aantal. De centra MOL (2.817); Herentals (1.844) en Hoogstraten (2.880) samen 7.541 ‘buitendorpse’ lln in 2010, boeken samen een verlies van 950 lln (12,5%)
Ook deze terugloop heeft met diversiteit te maken !
Dag Dre,ik geef je weer maar eens gelijk!!!!
LikeLike
bedankt Rien, 🙂
LikeLike