Geen categorie

Vestzak-broekzak

Afbeeldingsresultaat voor fotos werkende mensen

In eerdere blogs gaf ik al heel wat cijfermateriaal mee, in verband met het hoge aantal vluchtelingen/leefloners in onze stad. (mirakels bij OCMW en Dramatisch) Met deze blog wil ik wat nader ingaan op hoe het OCMW de (kansen op) tewerkstelling via een traject NAAR werk tracht te bevorderen.

Dan kom ik terecht bij het in de sector zeer goed gekende art. 60 § 7 van de OCMW-wet. Via deze wetsbepaling kan het OCMW leefloners aan het werk zetten. Niet(s) nieuw want al vele jaren bestaande.
Ook het Turnhoutse OCMW past deze maatregel meer en meer toe voor de vele vluchtelingen in onze stad die recht hebben op leefloon.

Wat is de bedoeling van Art. 60 §7 ?

De leefloongerechtigde de mogelijkheid geven om werkervaring op te doen, bij te scholen en arbeidsattitudes te oefenen zodat zijn/haar kansen op een duurzame tewerkstelling verhogen.
Opbouwen van sociale zekerheidsrechten, waardoor je na een volledig afgeronde tewerkstelling in het kader van art. 60 § 7 (opnieuw) aanspraak kan maken op een werkloosheidsuitkering.

Wie betaalt dit ?

Het is en blijft het OCMW die de kosten hiervan draagt. Zij zijn ook de juridische werkgever. De duurtijd van een tewerkstelling is afhankelijk van de leeftijd van betrokkene, met een maximum van twee jaar. In elk geval is de duurtijd lang genoeg om na dergelijke tewerkstelling ‘toelaatbaar en vergoedbaar’ te zijn in de werkloosheid.
Trouwens, in het recente verleden was deze tewerkstelling in het kader van art. 60§7 bijna uitsluitend gericht op het verwerven van die rechten in de werkloosheid. Uit een studie van RVA blijkt dat in 2010, -4.885- personen, rechtstreeks in de werkloosheid terecht kwamen, na een art. 60§7. (en in 2010 waren er nog heel wat minder leefloners dan nu) De helft van wie door de Vlaamse OCMW’s in art. 60§7 terechtkomen, zijn niet-Belgen.

https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20170406_02820548

Waar stelt OCMW Turnhout deze art. 60§7 dan tewerk ?

Zowel in de eigen of stedelijke diensten maar zeker en vooral ook in de met het OCMW gelinkte en gesubsidieerde projecten in het kader van de sociale economie. (Den Aas en dergelijke) Sinds enkele jaren en in samenwerking met VDAB, tracht men art. 60§7 ook te richten op duurzame tewerkstelling in wat met noemt het N(ormale)E(conomischeC(ircuit). Daartoe plaatste het OCMW ook enkele leefloners in privé-bedrijven.

Zoals reeds geschreven, betaalt het OCMW de lonen en moesten de werkgevers in het verleden, slechts een habbekrats zelf betalen. Sinds de hervorming is het OCMW niet meer verplicht deze kosten aan de werkgever(s) aan te rekenen.

OCMW wint altijd

Indien, na de duurtijd van art.60§7 de betrokken leefloner in vast dienstverband komt van een privé-werkgever, is deze niet langer gerechtigd op leefloon en dus ook niet meer ten laste van de samenleving.

Als er na art.60§7 geen arbeidscontract volgt, hebben deze leefloners het recht op werkloosheid/sociale zekerheid en zijn ze ook niet langer meer ten laste van het OCMW, maar wel nog van de samenleving !

Een echt arbeidscontract na art. 60§7 , in de privé -het N.E.C. dus- zou zoveel als mogelijk het eindresultaat moeten zijn. Dat is goed voor de betrokkenen, voor de arbeidsmarkt en voor de samenleving.. Het is uiteraard nog even wachten op de concrete resultaten.(minstens één jaar)

Vestzak-broekzak

Als de meesten, zoals in het verleden, gewoon terecht zouden komen in de werkloosheid, dan is er duidelijk sprake van een vestzak-broekzak operatie. Enkel het OCMW kan dan zijn cijfers opsmukken !

Voor hen die zich willen verdiepen in dit gegeven van art. 60§7 voeg ik alvast enkele interessante linken toe.

Klik om toegang te krijgen tot NL.pdf

Klik om toegang te krijgen tot 20161116_PU_Powerpoint%20infomoment%20ontwerpdecreet%20tijdelijke%20werkervaring.pdf

 

Standaard